Het vervangen van je CV ketel voor een warmtepomp is niet de juiste start wanneer je gaat verduurzamen. Voor het oplossen van het energievraagstuk van je historische woning heb je een goed plan nodig. In de vorige blog hebben we de juiste volgorde van verduurzamen besproken: isoleren, afgiftesysteem (vloerverwarming), verwarmingsinstallatie en tot slot het opwekken en opslaan van energie. In deze blog gaan we dieper in op stap 1: isoleren. Voordat we vertellen hoe we het landhuisje isoleren, lees je eerst welke overwegingen je moet maken en wat de valkuilen zijn.
Hoeveel isolatie is er nodig
Als je een woning gaat verduurzamen, hoe ver moet je dan gaan met isoleren? Hoe dik moet de isolatie zijn? De eerste centimeters isolatie hebben het meeste effect. Als er al een dik isolatiepakket aanwezig is, heeft nog meer isoleren relatief weinig zin. In onderstaande grafiek zie je het effect van de dikte van de isolatie op het warmteverlies. De lijn schiet eerst sterk omhoog en wordt dan steeds vlakker.
Vergelijk dit met kleding in de winter; als je in je ondergoed buiten staat in de vrieskou dan is dat behoorlijk fris. Trek je een trui, broek en jas aan, dan heb je het al een stuk warmer. Een extra jas heeft minder effect.
In het BBL (Besluit Bouwwerken Leefomgeving) staan regels waaraan bouwwerken moeten voldoen. De mate van isolatie die voorgeschreven staat in het BBL is het niveau van een goede winterjas en is voldoende om je huis te verduurzamen. De Rc-waarde geeft aan hoe goed een materiaal of constructie isoleert. Hoe hoger de waarde, hoe beter. In het BBL staat een Rc-waarde van 3,7 voor de vloer, 4,7 voor de wanden en 6,3 voor het dak. Als je een historische of monumentale woning gaat verduurzamen dan kun je het beste uitgaan van deze niveaus. Op isolatiemateriaal staat een Rd-waarde. Heeft de isolatie een Rd-waarde van 4,7, dan wil dat niet zeggen dat de constructie als geheel ook een Rc-waarde van 4,7 krijgt. Meestal is dat lager. Wil je de Rc-waarde weten van een totale constructie in jouw woning? Laat dan een berekening maken door PH Bouwadvies.
Bij monumenten of historische woningen is het soms niet mogelijk of niet wenselijk om te isoleren. Wanneer door isoleren de dakrand dikker wordt bijvoorbeeld of wanneer door isoleren monumentale tegels uit het zicht verdwijnen. Per situatie moet je dan bekijken wat er mogelijk is. Alles wat je kan doen is meegenomen. De eerste centimeters isolatie doen tenslotte het meeste.
Condensvorming bij na-isoleren
Door koken, douchen en ademen wordt de lucht in huis vochtig. Wanneer die warme vochtige lucht afkoelt in de constructie en condenseert, ontstaan er vochtproblemen. Condensvorming is een van de meest voorkomende problemen bij het (na)isoleren. Er komen dan natte plekken in de constructie die gaan schimmelen. Blijft het lang nat en heeft de plek geen kans om op te drogen, dan zal er schade ontstaan. Denk aan houtrot of het verroesten van stalen onderdelen.
Condensvorming voorkomen
Hoe voorkom je vochtproblemen? Condensvorming komt over het algemeen vaker voor bij wat zwaarder geïsoleerde constructies. Of er condens ontstaat in de isolatielaag in plaats van daarbuiten, kun je berekenen met een zogenaamde dauwpuntberekening. PH bouwadvies kan je daarbij helpen. Uit zo’n berekening blijkt of er condensvorming optreedt en of daardoor schade aan de constructie ontstaat. Daarmee kun je eventuele maatregelen bepalen, zoals dampremmende folie.
Dampremmende folie scheidt het klimaat binnen in huis met het klimaat buiten. Door een folie toe te passen kan de vochtige lucht niet meer in de constructie trekken door naden en kieren of poreuze materialen. Het is belangrijk dat de folie goed aansluit op andere constructieonderdelen, bijvoorbeeld van wand naar plafond. Voorkom ook dat er gaten in de folie gemaakt moeten worden voor wandcontactdozen of bijvoorbeeld plafondspotjes. Om dit te voorkomen, kun je werken met een leiding- of installatie-wand. Dit is een wand die voor de isolatiewand komt te staan. Tussen beide wanden zit een spouw van ongeveer 5 cm. Daarin kun je alle leidingen en doorvoeren maken.
In plaats van een dampremmende folie kun je ook een klimaatfolie toepassen. Klimaatfolie heeft een vergelijkbare werking als dampremmende folie, maar past zich aan; open als het kan, gesloten als het moet.
Condensvorming en materiaalgebruik
De toegepaste materialen spelen een belangrijke rol in het doorlaten van damp. Metselwerk- en kalkzandsteenconstructies zijn over het algemeen voldoende dampdicht. Condensatieproblemen komen vooral voor bij constructies waar dunne plaatmaterialen zijn toegepast zoals OSB platen en gipsplaten. Deze platen zijn niet dampdicht genoeg, waardoor damp makkelijker in de constructie kan komen. Laat vooral bij dit soort constructies een berekening maken om problemen te voorkomen.
Dampopen bouwen
Bij dampopen bouwen is het juist de bedoeling dat de constructie vocht opneemt. Daarmee wordt de vochtbalans in huis gereguleerd. Dampopen bouwen is ontstaan in gebieden met een landklimaat, waar de constructie zomers voldoende kan opdrogen. In ons zeeklimaat is het effect veel minder. Bovendien blijkt uit onderzoek dat het vochtregulerende effect erg klein is. Over dampopen bouwen zijn verschillende meningen in de bouw. Er zijn voor- en tegenstanders. Bij sommige monumentencommissies heeft dampopen bouwen de voorkeur. Ons advies is om met een goed aangebrachte dampremmende folie te werken. Een klimaatfolie kan een goede tussenoplossing zijn.
Balkkoppen in steens metselwerk
Sommige historische woningen hebben massieve gemetselde muren zonder spouw. De muren zijn dan één steens of anderhalve steen dik. Bij het na-isoleren aan de binnenzijde kan er een vochtprobleem ontstaan op de plek waar de houten vloerbalken in het metselwerk liggen. Om houtrot te voorkomen kun je rondom de balk de isolatie weglaten. 200 mm is voldoende. Dampremmende folie, stijl en regelwerk en de wandafwerking laat je gewoon doorlopen. Wil je toch isoleren rondom de balk dan moet je alle naden en kieren tussen balk, wand en vloerplaat afdichten met een liquid rubber of kit. Het liquid rubber moet een directe aansluiting hebben met de dampremmende laag. Zo voorkom je dat damp uit het woonklimaat in de constructie kan trekken.
Koudebruggen
Een koudebrug is een plek waar kou van buiten door de constructie naar binnen geleid wordt. Bijvoorbeeld via een betonnen latei boven een raam die niet stopt bij de spouw, maar doorloopt naar binnen. Bij bestaande bouw kun je zo’n situatie meestal niet oplossen. Koudebruggen kun je alleen voorkomen door een huis anders te ontwerpen. Een koudebrug kan ook weer condensatieproblemen veroorzaken. PH Bouwadvies kan het verloop van de temperatuur in de constructie berekenen en bepalen of er kans is op problemen.
Infiltratie of kierdichting verbeteren
Naast isoleren is kierdichting ook belangrijk om warmteverlies te voorkomen. Bij oude woningen vind je vaak flinke naden en kieren. Vroeger namen ze het niet zo nauw met het afdichten. Dit was in veel gevallen ook het ventilatiesysteem. Een bestaande woning goed luchtdicht krijgen is lastig, omdat je er vaak niet meer bij kan. Veel voorkomende lekken in de constructie is de aansluiting tussen het dak en de muurplaat en rondom kozijnen. Ben je flink aan het renoveren en ligt de constructie open? Besteed dan gelijk aandacht aan kierdichting. Worden er kozijnen vervangen, zorg dan voor voldoende afdichting met een compriband. Compriband plaats je tussen kozijn en stellat en zet langzaam uit. Kleine naden rondom kozijnen kun je ook afkitten. Ligt de constructie niet open, dan kun je aan de binnenzijde van de woning bestaande aansluitingen met liquid rubber afdichten. Er zijn gespecialiseerde bedrijven, zoals KDTEC, die dit zeer nauwkeurig kunnen aanbrengen. Doorvoeren door het dak kunnen worden afgedicht met een manchet. Deze is vanaf de binnenzijde te monteren tegen het dakbeschot. Het na-isoleren van de spouwmuur draagt ook bij aan een betere kierdichting van de woning rondom kozijnen.
Beglazing
Enkel glas wil je natuurlijk vervangen voor HR++ glas of triple glas. Niet alle kozijnen zijn daar geschikt voor. Draaiende delen zijn niet berekend op het extra gewicht en gaan scheef hangen. Ook ontstaat er vaak een ruimtelijk probleem, waardoor je de glaslatten niet meer kan monteren. De kozijnen moeten dan aangepast of vervangen worden.
Bij monumentale woningen gaat vervangen soms niet omdat een monumentencommissie het uiterlijk wilt behouden. Dat is bijvoorbeeld het geval bij stalen kozijnen. In dergelijke situaties kun je vacuüm glas overwegen. Dit is heel dun dubbel glas. Vacuümglas is wel erg kostbaar. Pas op bij goedkope varianten; daar bestaat het risico op vergeling.
Een goed geïsoleerd huis kan in de zomer oververhit raken; de zon schijnt door de ramen naar binnen, warmt het huis op, maar de warmte kan niet weg. Neem buitenzonwering mee in je plan. Bekijk meer tips over dit onderwerp op onze pagina over oververhitting.
Isolatie van het historische landhuisje
Er zijn dus heel wat keuzes te maken en dingen om rekening mee te houden bij het isoleren van een oude woning. Hoe hebben we dat gedaan in onze voorbeeldcase?
Vloer
De begane grond vloer bestond uit twee delen: een houten vloer en een op zand gestorte vloer. Beide waren ongeïsoleerd. De houten vloer had geen rotte balken, toch hebben we besloten om de gehele vloer te slopen en te vervangen voor een vloer op zand die aan de onderzijde wordt geïsoleerd met een Rc-waarde van 3,7. Door de isolatie onder de vloer te leggen, werkt de constructievloer mee als een soort van batterij voor warmte. Daardoor zal de temperatuur in huis stabieler zijn.
Dak
De kap bestaat uit een ongeïsoleerde sporenkapconstructie met asbestbeschot en keramische dakpannen. Het isoleren van de kapconstructie met een laag isolatie aan de buitenzijde (bovenop het beschot) was hier geen optie. Hierdoor zou het uiterlijk van de woning met al zijn dakranddetails veranderen. De kap bleek bovendien veel asbest te bevatten. De hele kap inclusief alle houten sporen moest verwijderd worden, alleen de hoofddraagconstructie kon blijven staan. Meer over de asbestverwijdering lees je binnenkort.
De kap gaan we voorzien van nieuw dakbeschot en pannen. Vervolgens isoleren we het dak aan de binnenzijde tussen de nieuwe houten sporen met 120 mm PIR isolatie. PIR isolatie is compact en heeft toch een hoge isolerende waarde; handig op plekken waar de ruimte beperkt is. Aan de buitenzijde passen we een waterkerende dampopen folie toe om water wat onder de pannen waait af te voeren. Aan de binnenzijde wordt een dampremmende laag toegepast, afgewerkt met een gipsplaat. De Rc-waarde van deze oplossing is 4,5.
Buitenmuren
Niet alle vooroorlogse woningen hebben een spouw in de buitenmuren. In het geval dat er een spouw aanwezig is, heeft deze over het algemeen veel baarden en valspecie waardoor ze minder geschikt zijn om na te isoleren. Een onderzoek met een camera in de spouw is hierin zeker aan te raden.
In het geval van het landhuisje, is een deel van de buitenmuren massief steens metselwerk en een deel is spouwmuur. Willen we de steense muren isoleren, dan is isoleren aan de binnenzijde op die plekken de enige oplossing. Het risico is echter dat er houtrot ontstaat in de balkkoppen van de verdiepingsvloer. Deze zijn opgelegd in de buitenmuren. Bovendien zou het woonoppervlakte kleiner worden. Jammer, want het huis is al niet groot. Daarom hebben we ervoor gekozen de wanden niet te isoleren. Relatief gezien hebben de muren namelijk maar een klein oppervlakte. De kapconstructie heeft veel meer invloed op het warmteverlies. Uit de transmissieberekening blijkt dat de woning ook met ongeïsoleerde muren voldoende warm te krijgen is. In de volgende blog vertellen we meer over transmissieberekeningen.
Beglazing
Tot slot de kozijnen en het glas. Alles was enkel glas, met hier en daar een voorzetzaam. De kozijnen gaan we aanpassen en voorzien van HR++ beglazing. Het huis krijgt ook een nieuwe aanbouw, met veel grote glaspartijen. Hier wordt triple glas toegepast.
Conclusie
Een goed geïsoleerd huis levert een lage energierekening op en je spaart het milieu. Bovendien woon je comfortabeler en werkt isolatie ook geluidswerend. Bij het isoleren van een historische woning komt best veel kijken. Maak een goed plan en let met name op de gevaren van condensvorming. Ben je een ervaren klusser, dan kun je veel zelf doen, maar laat je adviseren door een professional. Voer je het werk namelijk niet goed uit, dan kunnen balkrot, condensproblemen en schimmelvorming de gevolgen zijn. Is dat het geval, dan moet alles opengebroken en vernieuwd worden.
Andere onderwerpen
Het energievraagstuk is niet het enige wat we aanpakken bij het landhuisje. Eerder schreven we blogs over:
- Metselwerk en gevelreiniging
- Schilderen van historisch metselwerk
- Introductie-blog energievraagstuk bij historische woningen
In de komende weken schrijven we ook nog over:
- Afgiftesystemen
- Verwarmingsinstallatie en warmtepompen
- Bronboringen voor warmtepomp
- Energieopwekking en opslag
- Asbestverwijdering