Op 1 april 2012 treedt het nieuwe bouwbesluit in werking. Hieronder de belangrijkste wijzigingen samengevat.

Bouwbesluit 2012 geeft veel verandering maar lijkt wel beter!

In het bouwbesluit 2012 zijn een groot aantal voorschriften veranderd, aangepast of aangevuld. Verder is het gebruiksbesluit en de bouwverordening verder geintegreerd in het bouwbesluit.

Een andere grote verandering is dat het verbouwen van leegstaande kantoren naar een andere bestemming zoals woningen gemakkelijker zou moeten worden. De huidige noodzakelijke ontheffing van de gemeente komt vanaf 2012 te vervallen. Daarvoor in de plaats komen landelijke uniforme voorschriften voor de verbouw. De verbouw is daarmee procedureel soepeler en tegen lagere kosten mogelijk.

Bouwbesluit 2012 volgens PelserHartman

Hieronder vindt u een korte samenvatting van de belangrijkste veranderingen. Het is niet mogelijk beknopt alle wijzigingen toe te lichten. Inmiddels zijn hier ook al hulpmiddelen voor verschenen, o.a. het praktijkboekbouwbesluit. Hieronder vindt u enkele links naar documenten die u kunnen helpen het nieuwe bouwbesluit te leren begrijpen. wilt u hulp of ondersteuning daarbij? PelserHartman organiseerd Bouwbesluit 2012 trainingen. Natuurlijk kunt u ons ook bellen of mailen met een vraag, of u gebruikt het contactformulier.

Hoofdstuk 1: algemene bepalingen

verbouweisen.

Een grote verandering in het bouwbesluit 2012 t.o.v. 2003 is de introductie van verbouweisen. De veranderingen en consequenties zijn in een apart artikel toegelicht. U kunt dit artikel hier lezen.

Personenbenadering in plaats van bezetingsgraadklasse

In het ontwerp-besluit zijn de bezettingsgraadklassen vervangen door een personenbenadering. De bezettingsgraadklassen waren bedoeld als instrument om nuances aan te brengen in de zwaarte van de voorschriften. De praktijk ervaart die klassen veelal als ingewikkeld en abstract. Bovendien zijn de tabellen door de bezettingsgraadklassen heel omvangrijk. Met de personenbenadering zijn de genoemde problemen weggenomen. De voorschriften voor bouwen en de bijbehorende tabellen zijn aanzienlijk vereenvoudigd en nu ook geheel in overeenstemming met de gebruiksvoorschriften in hoofdstuk 7 en zodoende afgestemd op de handhavingspraktijk voor brandveilig gebruik van bestaande gebouwen. Bij nieuwbouw wordt uitgegaan van het beoogde aantal personen in een ruimte en bij bestaande bouw van het aantal personen dat daadwerkelijk in een ruimte aanwezig mag zijn.

Hoofdstuk 2: Technische voorschriften vanuit het oogpunt van veiligheid

Afscheiding van vloeren, trappen en hellingbanen

De oude separate voorschriften voor de afscheiding van een vloer, een trap en een hellingbaan zijn samengevoegd in één nieuwe afdeling. Nu deze voorschriften onder één noemer zijn gebracht, zijn ook onbedoelde verschillen in eisen met betrekking tot afmetingen vervallen.

Trappen

In de afdeling voor trappen zijn de minimumeisen verminderd. Bij nieuwbouw is de zogenoemde B-trap geschrapt en er wordt nu expliciet onderscheid gemaakt tussen een reguliere trap en een vluchttrap. Daarnaast is de maximale maatvoering van de optrede van een trap bij de woonfunctie aangepast naar 188mm zodat het aantal treden per trap nu beter uitkomt bij een hoogteverschil van 3 m tussen de vloeren. Voor de aan te houden breedte van de trap zijn niet de minimumeisen voor een trap doorslaggevend maar de brandveiligheidseisen voor ontvluchting.

Beperking van uitbreiding van brand

Een brandcompartiment van een industriefunctie mag nu maximaal 2.500 m2 in plaats van 1.000 m2 zijn. Vier woonwagens mogen nu in één brandcompartiment mogen worden gesitueerd.

Subbrandcompartimentering en vluchten bij brand

Gebouwen worden voortaan onderverdeelt in Brandcompartimenten en subbrandcompartimenten. Rookcompartimenten zijn vervallen. De rookvrije vluchtroute en de brand- en rookvrije vluchtroute zijn eveneens geschrapt. Hiervoor in de plaats zijn 6 verschillende nieuwe begrippen geintroduceerd. De voormalige voorschriften voor ontvluchten waren over meerdere afdelingen verspreid. Met de nieuwe systematiek zijn de eisen in één afdeling ondergebracht waardoor dubbele voorschriften zijn vervallen.

Opvang- en doorstroomcapaciteit

Voor de opvang- en doorstroomcapaciteit van vluchtroutes gold op grond van het Bouwbesluit 2003 een functionele eis voor nieuwbouw. Voor bestaande gebouwen werd in de handhavingspraktijk een overeenkomstig niveau gehanteerd ten aanzien van het brandveilig gebruik van het gebouw. In het ontwerp-besluit zijn zowel voor nieuwbouw als bestaande bouw prestatie-eisen gesteld, zodat duidelijker is wanneer aan de gestelde eis wordt voldaan.

Hoofdstuk 3: Technische voorschriften vanuit het oogpunt van gezondheid

Luchtverversing

Bij luchtverversing zijn de voorschriften van de voormalige afdelingen voor een verblijfsgebied, verblijfsruimte, toiletruimte en badruimte in één afdeling samengevoegd met de afdeling voor de overige ruimten. De belangrijkste wijziging is hier dat de ventilatiecapaciteit voortaan wordt berekend aan de hand van het beoogde aantal personen in een ruimte of een gebied (nieuwbouw) respectievelijk het aantal personen dat daadwerkelik aanwezig mag zijn (bestaande bouw). Voorts is het niveau van de voorschriften voor bestaande bouw aangescherpt.

Installatiegeluid

Er worden strenge eisen gesteld aan het geluid wat installaties mogen veroorzaken in een verblijfsruimte in een woning. Over dit onderwerp is een speciale pagina met ontwerpvoorwaarden geschreven. Meer informatie.

Hoofdstuk 4: Technische voorschriften vanuit het oogpunt van bruikbaarheid

Verblijfsruimten

In het ontwerp-besluit zijn de eisen voor verblijfsruimten beperkt tot de eis dat een verblijfsruimte in een verblijfsgebied moet liggen en de minimale afmetingen daarvan. Nieuw is dat nu ook voor bestaande bouw de eisen waar mogelijk op verblijfsgebiedniveau zijn gesteld. De indiener van een bouwplan heeft daarmee meer mogelijkheden bij de indeling van een gebouw in afzonderlijke ruimten, hetgeen de vrije indeelbaarheid ten goede komt en ook voor een bestaand gebouw de mogelijkheid biedt de afmetingen van afzonderlijke ruimten op zijn specifieke behoefte af te stemmen.

Toilet- en badruimte

Het aantal voorschriften voor een toilet- of badruimte is sterk gereduceerd door het vervallen van de bezettingsgraadklassen en vermindering van het aantal varianten in aanwezigheids- en afmetingseisen. Voor woningen is nog slechts 1 toilet verplicht. Voor de andere gebruiksfuncties is de stelregel 1 toilet per 30 personen.

Bereikbaarheid en toegankelijkheid

De voormalige afdelingen ‘Toegankelijkheidssector’, ‘Vrije doorgang’ en ‘Bereikbaarheid’ zijn in een nieuwe afdeling (Bereikbaarheid en toegankelijkheid) samengevoegd met de relevante aanwezigheidsvoorschriften voor verblijfsgebied, toiletruimte en badruimte. Deze opzet biedt meer inzicht in welke eisen voor bereikbaarheid en toegankelijkheid bij een specifieke gebruiksfunctie of situatie gelden.

Buitenberging en buitenruimte

In het bouwbesluit hebben de eisen voor een buitenberging en een buitenruimte bij de nieuwbouw van een woonfunctie na een afwezigheid sinds 2003 weer een plaats gekregen.

Stallingsruimte voor fietsen

De voorschriften voor de aanwezigheid van een stallingsruimte voor fietsen bij niet tot bewoning bestemde gebouwen (utiliteitsbouw) zullen in 2017 worden geschrapt.

Hoofdstuk 5: Technische voorschriften vanuit het oogpunt van Energiezuinigheid

De minimale Rc-waarde van uitwendige scheidingsconstructies bij nieuwbouw wordt in het nieuwe bouwbesluit verhoogd van 2,5 naar 3,5.

De epc-eisen voor de nieuwbouw van een woonfunctie zijn aangescherpt van 0,8 naar 0,6 en van een niet in een logiesgebouw gelegen logiesfunctie (vakantiewoningen) van 1,4 naar 1,0. De aanscherping van de energieprestatie is van kracht sinds 1 januari 2011.

Overige voorschriften

Milieu

Nieuw is de afdeling Milieu waarmee duurzaam bouwen een plaats in het bouwbesluit heeft gekregen. Er is daartoe een functionele eis opgenomen voor nieuw te bouwen woningen en kantoorgebouwen met een gebruiksoppervlakte van ten minste 100 m2. Bij de aanvraag om bouwvergunning van deze bouwwerken moet een berekening worden ingeleverd van de materiaalgebonden milieueffecten van het betreffende bouwwerk.

Brandmeldinstallatie

De voorschriften over de brandmeldinstallatie zijn aangepast naar aanleiding van het rapport van de werkgroep Brandmeldinstallaties. Naast enkele andere wijzigingen in grenswaarden in de bij die voorschriften behorende tabel is de belangrijkste wijziging dat het aantal gevallen waarin een brandmeldinstallatie rechtstreeks moet doormelden naar de regionale alarmcentrale van de brandweer (RAC) fors is teruggebracht. Tevens zijn de voorschriften voor zogenoemde “doodlopende einden” (= verkeersruimten met slechts één vluchtroute) verduidelijkt.

Droge blusleidingen

Tot nu toe waren droge blusleidingen alleen voorgeschreven bij hoge gebouwen. In het ontwerp-besluit zijn daaraan voorschriften over zulke leidingen in diepe gebouwen toegevoegd.

Veilig buitenonderhoud gebouw

In dit besluit zijn voor te bouwen gebouwen voorschriften opgenomen over voorzieningen voor veilig buitenonderhoud.

Kamergewijze verhuur

In de nieuwe voorschriften is voor kamergewijze verhuur de verplichting opgenomen tot het hebben van rookmelders zoals voorheen al gold voor een te bouwen woonfunctie, aangevuld met rookmelders in iedere verblijfsruimte. Hierbij is de koppeling aan brandcompartimentering, een tweede vluchtweg en de hoogteligging komen te vervallen.

Hoofdstuk 7: gebruiksvoorschriften Functionele eisen

De voorschriften over het gebruik van bouwwerken, open erven en terreinen zijn afkomstig uit het gebruiksbesluit, de gemeentelijke bouwverordeningen en de ministeriële regeling bouwbesluit 2003. Zij waren tot nu toe geformuleerd als prestatie-eis. Vanuit het streven naar eenheid in systematiek zijn die voorschriften in het ontwerp-besluit ook aan een functionele eis gekoppeld.

Hoofdstuk 8: voorschriften over het slopen en het uitvoeren van bouw- en sloopwerkzaamheden

In dit hoofdstuk zijn de voorschriften met betrekking tot het slopen van bouwwerken en het uitvoeren van bouw- en sloopwerkzaamheden opgenomen. Deze voorschriften waren tot nu toe opgenomen in de milieuregelgeving en de gemeentelijke bouwverordeningen.

Slopen

Het sloopvergunningstelsel zoals opgenomen in gemeentelijke bouwverordeningen is vervangen door een meldingenstelsel. meer informatie over de sloopvoorschriften.