In het bouwbesluit 2012 zijn de eisen aan de isolatiewaarde van ramen, deuren en kozijnen aangescherpt. In bouwbesluit 2003 diende de isolatiewaarde (U-waarde) minimaal 4,2 W/m2.k. te bedragen. In het bouwbesluit 2012 is voor nieuwbouw, de U-waarde verlaagd naar 2,2 W/m2.k.

Wat zijn de gevolgen voor de bouwpraktijk?

Isolatie waarde van ramen.

Het bepalen van de U-waarde voor een raam is niet zo moeilijk. Voor het bepalen van de U-waarde van een kozijn met beglazing zijn 2 parameters van belang. De U-waarde van het glas en de U-waarde van het kozijn. Beide getallen worden vervolgens opgezocht in een tabel in de NPR2068. In de tabel is dan te lezen wat de gecombineerde U-waarde voor kozijn en beglazing is.

HR++ beglazing heeft bijvoorbeeld een U-waarde van 1,2 W/m2.k. een houten kozijn heeft standaard een U-waarde van 2,4 W/m2.k. De volgens de tabel verkregen waarde voor U-raam bedraagt dan: 1,8 W/m2.k. Dit is ruim lager dan de in het bouwbesluit 2012 genoemde eis.

Gedeelte van de tabel uit NPR2068
Uglas Kozijntype A (houten kozijn)U=2,4 W/m2.k
2,2 2,5
2,0 2,3
1,8 2,2
1,6 2,0
1,4 1,9
1,2 1,8
1,0 1,6
0,9 1,5
0,7 1,4
0,5 1,3

Isolatiewaarde van deuren.

In het geval van buitendeuren is de procedure wat ingewikkelder.

In eerste instantie moeten we onderscheid maken tussen deuren met en zonder glas.

Voor houten buitendeuren zonder glas gelden standaard de volgende U-waarden. Dit is de gecombineerde U-waarde voor de deur inclusief kozijn.

  • massief houten deur zonder glas: U = 3,4 W/m2.k
  • geïsoleerde houten deur zonder glas: U = 2,0 W/m2.k

zoals is te zien voldoet een standaard massief houten deur zonder beglazing niet meer aan de norm die ons in het bouwbesluit 2012 opgelegd wordt. Dit betekend dat bij nieuwbouwprojecten altijd een geïsoleerde deur zal moeten worden toegepast om aan het bouwbesluit te kunnen voldoen.

Een deur noemen we geïsoleerd wanneer deze over minimaal 65% van de oppervlakte bestaat uit een ononderbroken isolatielaag met een R-waarde van 0,4. Dit komt ongeveer overeen met een isolatiedikte van 2 centimeter.

Deuren met glas.

Voor deuren met glas bekijken we eerst hoe groot het glasoppervlak is. Wanneer het glasoppervlak groter is dan 65% van de oppervlakte van de deur inclusief kozijn. Dan bepalen we de U-waarde van de deur op dezelfde manier als de U-waarde van een raam, volgens de tabel in de NPR2068. Deuren waarvan volgens deze methode de U-waarde mag worden bepaald kunnen in principe nog wel bestaan uit massieve houten deuren. (bijvoorbeeld met stapeldorpels) zoals we deze nu ook gebruiken. De gecombineerde U-waarde voor deur en beglazing voldoet immers aan de eis uit het bouwbesluit.

Voor deuren waarbij het glasoppervlak minder bedraagt dan 65% van de oppervlakte van de deur inclusief kozijn, moet de U-waarde van de deur en de U-waarde van het glas apart worden beschouwd. Dat zal in veel gevallen betekenen dat dan wel een geïsoleerde deur moet worden toegepast.

Bovenstaande regels zijn enkel van toepassing bij nieuwbouw, bij verbouwen moet voor de isolatiewaarde van ramen, deuren en kozijnen worden uitgegaan van het rechtens verkregen niveau.