Op 10 mei 2012 werd in de Jaarbeurs te Utrecht op initiatief van NEN en Agentschap NL een EnerZie informatiemiddag over Energie Prestatie van Gebouwen (EPG) georganiseerd. Ondergetekende bezocht samen met ruim 350 andere deelnemers deze bijeenkomst.

Opening

De middag werd geopend door de dagvoorzitter Harm Valk, voorzitter van de normsubcommissie EPG met de woorden: We zijn hier bij elkaar omdat we een nieuw sommetje hebben voor de EPC. Op de vraag die hij zichzelf vervolgens stelde over de naam van de middag ‘EnerZie’ antwoordde hij dat het absoluut geen spelfout was. Het ging erom dat men met eigen ogen kon zien wat er allemaal mogelijk is met de nieuwe norm oftewel het nieuwe sommetje voor de EPC.

Voordat de andere sprekers aan het woord zouden komen benadrukte hij dat de huisregels niet helemaal hetzelfde zouden zijn als men zou verwachten. Het werk in deze tijd is schaars dus je mobiele telefoon hoefde niet uit te staan maar moest op stil en vragen stellen kon niet alleen door op te staan maar ook via de social media (Twitter).

Achtergronden bij nieuwe NEN7120

Na de inleiding zorgden 6 sprekers van diverse bedrijven, brancheorganisatie of overheden ervoor dat de volgende stappen richting de norm werden gepresenteerd: 

  • achtergronden norm(en);
  • vertaling van de norm naar de bouwregelgeving;
  • structuur van de norm;
  • consequenties nieuwe norm t.o.v. oude norm;
  • gebiedsmaatregelen.

De eerste spreker de heer Fred Brouwers, beleidsmedewerker van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, vertelde vanuit de overheid wat het beleidskader is voor het maken van de nieuwe EPG-norm.

Een belangrijk speerpunt vanuit Europa maar ook voor Nederland is het terugbrengen van de CO2-uitstoot in de gebouwde omgeving. Door het aanscherpen van eisen zoals de verlaging van de EPC, het energielabel en de afspraken in het Lente Akkoord hoopt de overheid uiterlijk in 2020 alle nieuwbouw energieneutraal te bouwen.

De inzet voor de stappen hiernaar toe is het opstellen van één norm: NEN7120 ‘Energieprestatie van gebouwen – Bepalingsmethode’, de norm waar de hele middag om draait. Het invoeren en het toepassen van het energielabel op nieuwbouw staat, zoals in de zaal ook duidelijk werd, nog ter discussie. Door de heer Brouwers werd daarom een voorzichtige toezegging gedaan over een nieuwe bijeenkomst met als onderwerp het energielabel.

Om zo’n nieuwe norm in de praktijk te brengen zorgt Agentschap NL ervoor dat de schakel tussen het beleid en de praktijk klein blijft. De heer Ed Blankestijn van Agentschap NL vertelde in zijn presentatie dat alle nieuwe software die op de markt is gekomen voor het rekenen met de nieuwe norm is getest aan strenge eisen.

In de toekomst zal alle software klaar gemaakt moeten worden voor tevens het berekenen van een energielabel. De software oftewel de EPC-berekening moet bij nieuwbouw het vertrekpunt zijn voor het energielabel. Zoals eerder aangegeven is er omtrent het energielabel nog enige verwarring en, daarom zal PH Bouwadvies de komende tijd het nieuws omtrent dit onderwerp met u delen via de website.

Een veel voorkomende fout die wordt gemaakt in bouwend en ontwerpend Nederland is dat men denkt dat de overheid de norm in elkaar zet. Echter zorgt NEN is samenwerking met verschillende partijen uit alle lagen van de bouwsector voor het vormen van de norm. Dit werd in de presentatie van de derde spreker dhr. Ruud Nouwen nogmaals benadrukt. In de toekomst zal NEN zorgen voor het onderhoud van NEN7120, het upgraden van NVN 7125 ‘Energieprestatienorm voor maatregelen op gebiedsniveau (EMG) – Bepalingsmethode’ naar een volwaardige NEN en het verwerken van nieuwe technieken omtrent de energieprestatie van gebouwen.

Maar nu is de vraag: Wat staat er nu werkelijk in de nieuwe norm en wat is er anders? Hieronder enkele veranderingen en nieuwe elementen uit de presentatie van de heer Tom Haartsen, werkzaam bij Climatic Desing Consult en tevens rapporteur van de nieuwe NEN7120: 

  • één norm voor zowel woningbouw als utiliteitsbouw;
  • symbolen zijn aangepast aan de Europese normen;
  • hulpenergie gesplitst per installatiefunctie;
  • meer type ventilatiesystemen;
  • toepassen van fictieve koeling;
  • zonnewarmtewinst voor dichte delen.

Er zijn natuurlijk veel meer verandering die zijn doorgevoerd, hiervan komen er zo direct nog enkele voorbij komen.

Pauze

In de korte pauze kon men gebruik maken van de aanwezige kennismarkt. Op deze kennismarkt stonden de volgende bedrijven of instanties: 

  • Vabi Software BV
  • DGMR SoftwareBV
  • W/E Adviseurs
  • Earth
  • De twee snoeken
  • Agentschap NL
  • NEN

Diverse bedrijven promootten hier hun software waarmee men vanaf 1 juli 2012 verplicht is de energieprestatie van gebouwen te berekenen.

Verschillen tussen oude en nieuwe energieprestatienorm.

Stipt om 14:30 startte mevrouw Ieke Kuipers, expert op het gebied van energieprestatie, normsubcommissielid en werkzaam bij DGMR, met het presenteren van praktijkvoorbeelden, berekeningen en consequenties voor veel gekozen maatregelen in de EPC. Een presentatie waar de zaal duidelijk op zat te wachten.

Uit haar presentatie kunnen de volgende conclusies worden getrokken:

Woningbouw

  • het invoeren van balansventilatie kost meer verwarmingsenergie en dus zal de EPC hierop achteruit gaan;
  • energie voor warmtapwater valt lager uit ten opzichte van de oude norm;
  • energie van verlichting is met 18% verlaagd ten opzichte van de oude norm.

Utiliteitsbouw

  • energie van verwarming fors gedaald ten opzichte van de oude norm
  • zomercomfort evenals bij de woningbouw toegevoegd;
  • verlichting, warmtapwater en koeling, wisselend hoger of lager, afhankelijk van installatiekeuze;
  • maatregelen voor verlichting kunnen beter/belangrijker zijn dan maatregelen voor verwarming.

Beide

  • PV-cellen hebben 20-30% meer opbrengst ten opzichte van de oude norm;
  • zonnecollectoren houden zelfde opbrengst als in de oude norm;
  • hulpenergie is de nieuwe norm belangrijker geworden in de totale EPC berekening.

Een duidelijk statement in haar presentatie die tevens aansluit op ‘een nieuw sommetje voor de EPC’ was een ‘een nieuwe rekenmethode geeft ook veranderingen in de uitkomst’.

De presentatie van de laatste spreker de heer Hans van Wolferen, rapporteur en werkzaam bij TNO  ging over de nieuwe NVN 7125 ‘Energieprestatienorm voor maatregelen op gebiedsniveau (EMG) – Bepalingsmethode’. In de nieuwe bepalingsmethode kan er gerekend worden met gebiedsmaatregelen in de EPC. Het betreft nog geen NEN norm maar een richtlijn, oftewel een ‘Nederlandse Voor Norm’ (NVN). Het verhaal is voor vele dan ook nog niet heel verhelderend. Voor het berekenen van de opbrengsten uit bijvoorbeeld stadsverwarming of circulatiesystemen voor warmtapwater is nog geen software beschikbaar.

Afsluiting

De middag werd afgesloten met een korte paneldiscussie met vragen die via Twitter waren binnengekomen. Het ging hierin voornamelijk weer over het energielabel waar vanuit de zaal direct weer commotie over ontstond.

Een vraag luidde: Van een nieuwbouw woning wordt een EPC berekening gemaakt en een energielabel afgegeven. Na oplevering van de woning voldoet deze niet aan de uitgangspunten van de berekeningen. Moet voor deze woning dan een nieuw energielabel worden berekend op basis van wat er wel is gerealiseerd?

Een samengevat antwoord hierop was dat de uitgever van het label niet verantwoordelijk is voor het uitgeven van het label en dat de gemeente kan/moet ingrijpen. Met dit antwoord blijkt het dat er nog enige verwarring is over de invoering van het energielabel voor nieuwe woningen of utiliteitsgebouwen.

De dagvoorzitter sloot dan ook af met de woorden dat er spoedig een zelfde soort bijeenkomst zal moeten worden georganiseerd over het veel besproken onderwerp ‘energielabel’.

Samengevat een zeer goed georganiseerde bijeenkomst met veel achtergrond informatie over de nieuwe norm voor energieprestatie van gebouwen

EnerZIE werd bezocht door Jeffrey Verharen; adviseur bouwregelgeving bij PH bouwadvies.